Verschil in sportvoeding: hypotone, isotone en hypertone sportdranken

Bij een lange duurtraining is het verstandig om extra voeding in te nemen. Op deze manier voorkom je een zogenoemde ‘hongerklop’. Wat betreft dranken is er een breed scala waaruit kan worden gekozen. Zo zijn er hypotone, isotone en hypertone sportdranken. Maar wat is het verschil eigenlijk?

Verstandig bij lange duurtrainingen

Tijdens het sporten is het belangrijk dat je extra voeding inneemt. Doe je dit niet, dan kun je eindigen met een hongerklop. Dat is het moment dat jouw bloedsuikerniveau laag is. Hierdoor voel je je zwak, en kun je moeilijk vooruit komen. Door op tijd te eten en te drinken, kun je dit vervelende moment voorkomen.

Betekent dit dat je bij elke training sportvoeding moet innemen? Nee hoor. Volgens het Voedingscentrum heb je in principe aan gewoon eten en drinken voldoende voor de meeste trainingen. Alleen als je langdurig intensief sport, raakt je energievoorraad misschien te snel op. Het gaat hierbij om trainingen die langer dan een uur duren en waarbij je veel moet zweten.

Bij het sporten gebruikt je lichaam 30 tot 60 gram koolhydraten per uur, zo becijfert het Voedingscentrum. Dit tekort moet je dus bij duurtrainingen aanvullen. Als je niet normaal kunt eten, omdat je bijvoorbeeld op de fiets zit, dan kunnen sportrepen, -gels én -dranken uitkomst bieden.

LEES OOK: Wanneer heb je als sporter extra voeding nodig?

Osmotische waarde

Er zijn drie soorten sportdranken: hypotone, isotone en hypertone dranken. Het verschil tussen deze soorten zit hem in de zogenaamde osmotische waarde. Dit staat voor de verhouding van opgeloste deeltjes koolhydraten en zouten in de drank, ten opzichte van de opgeloste deeltjes in het bloed.

Bron: Coca-Cola

Hypotoon

Hypotone dranken hebben een lage osmotische druk. Dit betekent dat de drank per 100ml minder deeltjes koolhydraten en zouten bevat dan het vocht in het eigen lichaam. Er zitten dus weinig voedingsstoffen in. Het voordeel hiervan is het dat het lichaam het vocht snel kan opnemen. Goed om de dorst te lessen. De bekendste hypotone drank is water.

Wil je koolhydraten en zouten aanvullen tijdens en na het sporten? Dan kun je het beste kijken naar isotone en hypertone dranken. Daar is de verhouding anders, en leveren ze juist voldoende of zelfs extra voedingsstoffen. Hierdoor zijn duurtrainingen of wedstrijden beter vol te houden.

Isotoon

Bij isotone dranken is de osmotische druk ongeveer hetzelfde als in het lichaam. Dit betekent dat de dranken qua koolhydraten en zouten ongeveer dezelfde hoeveelheid deeltjes hebben als het lichaam. Dit betekent dat de dranken helpen bij het lessen van de dorst, maar ook bij het snel opnemen van de suikers in de bloedbaan.

Hypertoon

Ten slotte is er nog de hypertone sportdrank. Deze drank bevat meer koolhydraten en zouten dan het lichaam normaal heeft. De osmotische druk is dus hoog. Hypertone dranken zijn bijvoorbeeld energiedranken, frisdranken en vruchtensappen.

Wat moet je drinken?

Wil je tijdens het sporten de dorst lessen of duurt je activiteit korter dan een uur? Pak dan een hypotone drank. Wil je de dorst lessen én duurt je training langer, en heb je dus iets nodig om je energieniveau op peil te houden? Gebruik dan een isotone drank. Veel sportvoedingsmerken hebben poeders en tabletten om met water een isotone drank te maken.

Het drinken van hypertone dranken tijdens het sporten is onverstandig. Door de hoge osmotische druk neemt het lichaam het vocht minder snel op. Het gevolg is dat je dus zelfs kunt uitdrogen! Dit kan nadelig zijn, want een vochtverlies van meer dan 2% van je lichaamsgewicht zou kunnen resulteren in prestatieverlies. Hypertone dranken zijn daarom vooral geschikt voor ná het sporten, om eventuele voedingstekorten snel aan te vullen.

LEES OOK: Meer water drinken bij het afvallen: helpt het?